IEF 22699
16 mei 2025
Uitspraak

Hof wijst merkinbreuk HP-cartridges af maar oordeelt misleidende informatie

 
IEF 22700
15 mei 2025
Uitspraak

Vorderingen Ducapro tegen Arubaanse radiozender Q-Waves afgewezen vanwege gebrek aan onderbouwing en te verstrekkende gevolgen

 
IEF 22698
15 mei 2025
Uitspraak

Hof verklaart Maxeon niet-ontvankelijk in hoger beroep na niet-naleving zekerheidsverplichting

 
IEF 22699

Hof wijst merkinbreuk HP-cartridges af maar oordeelt misleidende informatie

Hof Den Haag 8 apr 2025, IEF 22699; ECLI:NL:GHDHA:2025:735 (DR tegen HP), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-wijst-merkinbreuk-hp-cartridges-af-maar-oordeelt-misleidende-informatie

Hof Den Haag 8 april 2025, IEF 22699;ECLI:NL:GHDHA:2025:735 (DR tegen HP). Appellant Digital Revolution BV (hierna: DR) exploiteert de webshop 123inkt.nl, net als buitenlandse zusterbedrijven met vergelijkbare webshops. Via deze webshops worden originele, ongebruikte HP-cartridges verkocht zonder buitenverpakking, aangeduid als ‘milieuproduct’. Deze cartridges die door DR worden aangeboden, zijn voorzien van een of meer HP-merken, namelijk het woordmerk 'HP' en twee beeldmerken. De cartridges zijn afkomstig van retouren, recyclers of opkopers en kunnen 10 tot 17 jaar oud zijn. DR verkoopt deze cartridges voor de prijs van nieuwe exemplaren. HP vordert onder meer een verkoopverbod wegens merkinbreuk onder artikel 9 lid 2 sub a UMVo en wegens onrechtmatig handelen, waaronder misleidende handelspraktijken en ongeoorloofde misleidende reclame. Ook vordert HP een rectificatie. Deze zaak betreft het hoger beroep op de inbreukzaak en het executie kort geding. De rechtbank acht zich uitsluitend bevoegd ten aanzien van het Nederlandse bedrijf van DR. De voorzieningenrechter achtte zich uitsluitend bevoegd ten aanzien van het Nederlandse bedrijf van DR en wees HP’s vordering deels toe. DR werd verboden om cartridges zonder originele buitenverpakking te verkopen wegens merkinbreuk. De overige vorderingen, waaronder de vordering inzake misleidende milieuclaims, werden afgewezen.

IEF 22700

Vorderingen Ducapro tegen Arubaanse radiozender Q-Waves afgewezen vanwege gebrek aan onderbouwing en te verstrekkende gevolgen

Antilliaanse Gerechten 4 apr 2025, IEF 22700; ECLI:NL:OGEAA:2025:82 (Ducapro tegen Q-Waves), https://ie-forum.nl/artikelen/vorderingen-ducapro-tegen-arubaanse-radiozender-q-waves-afgewezen-vanwege-gebrek-aan-onderbouwing-en-te-verstrekkende-gevolgen

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba 4 april 2025, IEF 22700; ECLI:NL:OGEAA:2025:82 (Ducapro tegen Q-Waves). Q-Waves exploiteert op Aruba een radiostation en zendt muziek uit zonder daarvoor een vergoeding te betalen. Ducapro is een organisatie die de belangen van rechthebbenden op muziekwerken behartigt en heeft een overeenkomst met BumaStemra om deze in het Caribisch deel van het Koninkrijk te vertegenwoordigen. In het verleden was er een raamovereenkomst tussen BumaStemra en de Aruba Broadcasters Association (ABA), waarvan Q-Waves lid was, maar deze is in 2019 opgezegd. Sinds eind 2023 probeert Ducapro namens BumaStemra een vergoeding te innen van Q-Waves voor het gebruik van muziekwerken. Ducapro vordert in kort geding een verbod voor Q-Waves om muziek van door haar vertegenwoordigde rechthebbenden uit te zenden zonder vergoeding, op straffe van een dwangsom. Subsidiair vordert zij dat Q-Waves voorlopig een percentage van haar omzet als vergoeding betaalt voor het muziekgebruik, totdat in een bodemprocedure over de definitieve vergoeding is beslist.

IEF 22698

Hof verklaart Maxeon niet-ontvankelijk in hoger beroep na niet-naleving zekerheidsverplichting

Hof Den Haag 6 mei 2025, IEF 22698; ECLI:NL:GHDHA:2025:846 (Maxeon tegen AIKO c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-verklaart-maxeon-niet-ontvankelijk-in-hoger-beroep-na-niet-naleving-zekerheidsverplichting

Hof Den Haag, 6 mei 2025, IEF 22698; ECLI:NL:GHDHA:2025:846 (Maxeon tegen AIKO c.s.). Niet-ontvankelijk verklaring wegens het niet stellen van zekerheid. In een incident op 17 december 2024 [zie IEF 22697] heeft het Hof geoordeeld dat Maxeon binnen tien weken zekerheid moest stellen voor een bedrag van €75.000,- ten gunste van VDH en Libra en voor een bedrag van €300.000,- ten gunste van Aiko B.V., op straffe van niet-ontvankelijkheid in hoger beroep. Op verzoek van Maxeon is deze termijn op 25 februari 2025 verlengd tot uiterlijk 11 maart 2025. Op 25 maart 2025 hebben AIKO c.s. aan het hof laten weten dat Maxeon deze zekerheid niet heeft gesteld, en daarom verzocht om een eindarrest waarin Maxeon niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar hoger beroep en wordt veroordeeld in kosten van de hoofdzaak en het incident. Maxeon heeft in een brief van 21 maart 2025 niet betwist dat zij geen zekerheid heeft gesteld, maar heeft wel bezwaar gemaakt tegen de gevorderde proceskosten. Omdat Maxeon inderdaad geen zekerheid heeft gesteld, verklaart het hof haar op grond van artikel 616 lid 3 Rv niet-ontvankelijk in haar hoger beroep. Maxeon wordt veroordeeld in de kosten van het incident en van de hoofdzaak in hoger beroep.

IEF 22697

Hof verplicht Maxeon tot zekerheidsstelling in octrooigeschil met AIKO c.s.

Hof Den Haag 17 dec 2024, IEF 22697; ECLI:NL:GHDHA:2024:2390 (Maxeon tegen AIKO c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-verplicht-maxeon-tot-zekerheidsstelling-in-octrooigeschil-met-aiko-c-s

Hof Den Haag 17 december 2024, IEF 22697; ECLI:NL:GHDHA:2024:2390 (Maxeon tegen AIKO c.s.). AIKO B.V. en wederverkopers VDH en Librain (hierna samen: AIKO c.s.) zijn betrokken in een octrooigeschil met Maxeon over zonnepanelen. Maxeon ontwerpt, produceert en verhandelt zonnepanelen en is houdster van Europees octrooi EP 2 297 788 B1 (hierna: EP 788 of het octrooi). Zij stelt dat AIKO c.s. met het verhandelen van door AIKO B.V. geproduceerde ‘All Back Contact’ zonnepanelen inbreuk maken op EP 788. Op 3 januari 2024 heeft Maxeon deze kortgedingprocedure aanhangig gemaakt tegen AIKO c.s. en heeft daarbij een verbod gevorderd om in Nederland, Italië en Frankrijk inbreuk te maken op EP 788. De voorzieningenrechter wees destijds de vorderingen van Maxeon af. Maxeon diende hiertegen hoger beroep in. In dit incident vorderen AIKO c.s. dat Maxeon zekerheid stelt voor in de vorm van een onherroepelijke (afroep)bankgarantie van een gerenommeerde Nederlandse bank voor de proceskosten en schadevergoeding waarvan Maxeon in de hoofdzaak zou kunnen worden veroordeeld. De reden hiervoor is dat er tussen Nederland en Singapore, waar Maxeon is gevestigd, geen verdrag bestaat dat tenuitvoerlegging van de veroordeling in de proceskosten in Singapore mogelijk maakt. AIKO c.s. stellen dat, voor zover bekend, Maxeon niet beschikt over verhaalsmogelijkheden in Nederland. Uit openbare financiële gegevens van de moedermaatschappij van Maxeon blijkt dat het concern financieel in zwaar weer verkeert.

IEF 22696

Stokke moet proceskosten betalen na intrekking kort geding over vermeende auteursrechtinbreuk op Tripp Trapp-stoel

Rechtbank Den Haag 12 mei 2025, IEF 22696; ECLI:NL:RBDHA:2025:8216 (Stokke c.s. tegen Babypark c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/stokke-moet-proceskosten-betalen-na-intrekking-kort-geding-over-vermeende-auteursrechtinbreuk-op-tripp-trapp-stoel

Vzr. Rb. Den Haag 12 mei 2025, IEF 22696; ECLI:NL:RBDHA:2025:8216 (Stokke c.s. tegen Babypark c.s.). Stokke AS is de producent van de bekende Tripp Trapp-kinderstoel. Stokke beschikt over een licentie op de intellectuele eigendomsrechten van deze stoel. Gedaagden zijn twee Nederlandse retailers, Babypark B.V. en Baby-Dump B.V. (samen Babypark c.s.), en de Duitse vennootschappen Cybex GmbH en Cybex Retail GmbH (samen Cybex c.s.). Cybex heeft een kinderstoel ontwikkeld onder de naam ‘Iris Chair’, die zij via onder meer Babypark c.s. in Nederland en Europa in de handel wil brengen. Stokke c.s. startten in april 2025 een kort geding bij de rechtbank Den Haag tegen Babypark c.s. en Cybex c.s. Stokke c.s. vorderden een verbod op de verhandeling van de Iris Chair wegens inbreuk op auteursrechten op de Tripp Trapp-stoel. Cybex c.s. voerden in hun verweer aan dat de Haagse voorzieningenrechter slechts bevoegd was ten aanzien van handelingen in Nederland, en dat voor een verbod in de hele EU de rechter van het arrondissement van Babypark c.s. moest worden aangezocht. Naar aanleiding hiervan trokken Stokke c.s. het kort geding in en startten zij een nieuwe procedure bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland. Gedaagden verzochten om een proceskostenveroordeling op de voet van artikel 1019h Rv, stellende dat zij kosten hebben moeten maken voor een inhoudelijk verweer dat nu onbenut blijft.

IEF 22693

Merkinbreuk door gebruik van "ICE" voor cryptovaluta door Ice Labs

Rechtbank Den Haag 6 mei 2025, IEF 22693; ECLI:NL:RBDHA:2025:7975 (IEH tegen Ice Labs), https://ie-forum.nl/artikelen/merkinbreuk-door-gebruik-van-ice-voor-cryptovaluta-door-ice-labs

Vrz. Rb. Den Haag 6 mei 2025, IEF 22693; IT 4857; ECLI:NL:RBDHA:2025:7975 (IEH tegen Ice Labs). Intercontinental Exchange Holdings (hierna: IEH), een in de VS gevestigd internationaal dienstverlener in de financiële sector en houder van het Uniewoordmerk ‘ICE’ voor cryptovaluta en aanverwante diensten, stelt dat Ice Labs merkinbreuk maakt op haar merkrechten. Ice Labs biedt onder de naam “Ice Open Network” een gedecentraliseerd blockchain-netwerk aan. Daarnaast gebruikt ze het teken “ICE” onder meer als naam van een cryptomunt, en ook in aanduidingen als “Ice Labs” en “ice blockchain”. Op 26 januari 2024 sommeerde IEH Ice Labs het gebruik van deze tekens te staken en de domeinnaam over te dragen. Ice Labs betwist de merkinbreuk, maar heeft wel enkele aanpassingen doorgevoerd, waaronder het opnemen van een disclaimer op haar website en het vermelden dat zij onderdeel is van de “LeftClick Group”. In reactie op de procedure zegde Ice Labs toe de naam “ICE-Wallet” te veranderen naar “ION-Wallet” en de ticker van de munt aan te passen van “ICE” naar “ION”, uiterlijk per 31 juli 2025. IEH baseert de vordering op artikel 9 lid 2 sub a en/of b UMVo wegens het zonder toestemming gebruiken van de tekens “ICE” voor soortgelijke waren en diensten. De voorzieningenrechter acht zich bevoegd, nu IEH via haar dochteronderneming ICE Clear NL daadwerkelijk bedrijfsactiviteiten verricht in Nederland, namelijk het aanbieden van clearingdiensten voor Europese aandelenderivatenproducten. De stelling van Ice Labs dat deze entiteit geen vestiging van IEH zou zijn vanwege het ontbreken van een eigen website of telefonische bereikbaarheid, overtuigt de voorzieningenrechter niet.

IEF 22692

Versteeg Wigman Sprey advocaten gaat verder onder nieuwe naam Liaise Advocaten

Met nieuw elan en een vertrouwd team – met Merel als kersverse partner naast Roland en Jaap - zijn wij op zoek gegaan naar een naam die past als een broekzak. Dat we het achternamen-tijdperk definitief achter ons moesten laten, daar was iedereen het mee eens. Maar wat dan, dan is de sky the limit. En als je als advocatenkantoor creatief gaat zitten doen met een kekke nieuwe naam, dan moet die natuurlijk wel ergens op slaan. En eerlijk is eerlijk dat vonden we best lastig, want ja dan wordt het ineens persoonlijk.

En persoonlijk hebben we het gemaakt door te beginnen bij het begin; wie zijn we als kantoor en wat vinden wij belangrijk? Een zoektocht naar onze kantoorpersoonlijkheid. Je komt ermee tot de kern van wat je als club mensen drijft. En over die drijfveren waren we het - gelukkig - unaniem eens.

IEF 22694

Gerecht oordeelt over normaal gebruik van twee RTL-beeldmerken

Gerecht EU (voorheen GvEA) 7 mei 2025, IEF 22694; ECLI:EU:T:2025:446 (RTL Group Markenverwaltungs GmbH tegen EUIPO, Marcella Örtl), https://ie-forum.nl/artikelen/gerecht-oordeelt-over-normaal-gebruik-van-twee-rtl-beeldmerken

Gerecht van de Europese Unie 7 mei 2025, IEF 22694; IEFbe 3911; ECLI:EU:T:2025:446 (RTL Group Markenverwaltungs GmbH tegen EUIPO, Marcella Örtl). Het Gerecht behandelt twee samenhangende zaken tussen RTL Group Markenverwaltungs GmbH en het EUIPO. In beide zaken staat de vraag centraal of de beeldmerken ‘RTL’ vervallen moet worden verklaard wegens het ontbreken van normaal gebruik. In beide procedures ligt ten grondslag dat Marcella Örtl een verzoek indient tot vervallenverklaring van het Uniemerk RTL, stellende dat dit merk in de periode van vijf jaar voorafgaand aan haar verzoek niet normaal is gebruikt voor de ingeschreven waren en diensten. De nietigheidsafdeling wijst dit verzoek deels toe. RTL stelt beroep in, dat door de Kamer van Beroep deels gegrond en deels ongegrond wordt verklaard. RTL brengt beide zaken vervolgens voor het Gerecht.

IEF 22691

Handelsnaam ‘Taxi Troost en de Boer’ rechtmatig overgedragen aan rechtsopvolger TTB

Rechtbank Noord-Nederland 12 mei 2025, IEF 22691; ECLI:NL:RBNNE:2025:1776 (Holding tegen Trobo), https://ie-forum.nl/artikelen/handelsnaam-taxi-troost-en-de-boer-rechtmatig-overgedragen-aan-rechtsopvolger-ttb

Vzr. Rb. Noord-Nederland 12 mei 2025, IEF 22691; ECLI:NL:RBNNE:2025:1776 (Holding tegen Trobo). Holding is enig aandeelhouder van de besloten vennootschap Taxi Troost en de Boer BV (hierna: TTB). De handelsnaam ‘Taxi Troost en De Boer’ maakte deel uit van de activa die de curator aan gedaagde 1 heeft verkocht, waarna gedaagde 1 deze is gaan gebruiken via Trobo B.V., hoewel de curator expliciet geen garantie gaf over eventuele eerdere of gelijktijdige rechten van anderen op deze naam. Holding vordert, voor zover relevant, dat Trobo naar buiten brengt dat zij ten onrechte de naam ‘Troost en de Boer’ in haar ‘Taxi Troost en de Boer’ heeft opgenomen en onder een andere handelsnaam verder zal gaan. Holding voert aan dat Trobo in strijd handelt met artikel 2 Hnw, aangezien de handelsnaam ‘Taxi Troost en de Boer’ niet los van de gehele onderneming overgedragen kan worden. De handelsnaam valt immers onder de bezittingen van de onderneming en de onderneming bestaat uit Holding en TTB. Eveneens heeft Holding geen toestemming voor het gebruik van de handelsnaam gegeven. 

IEF 22690

IE Zomerforum. AI, Auteursrecht & Stijlnabootsing. De voorbereiding

Op donderdag 5 juni 2025 vindt het IE Zomerforum plaats met dit jaar als thema: AI, auteursrecht en stijlnabootsing. Kunstmatige intelligentie biedt ongekende mogelijkheden, maar roept ook fundamentele juridische vragen op. Wat betekent AI-gegenereerde stijlnabootsing voor het auteursrecht? Is het onrechtmatig, en zo ja, onder welke omstandigheden?

Hierover gaan toonaangevende experts in debat, onder leiding van dagvoorzitter Dirk Visser. Ter voorbereiding vindt u hieronder alvast wat stellingen en vragen over dit boeiende thema.

Bent u er dit jaar ook bij? U kunt zich hier aanmelden.